maandag 5 september 2011

knuffelkonijn

"Jonas, Jonas, Jonas!! Kom nu toch eens naar binnen" riep Monique, de moeder van Jonas vanuit de openstaande keukendeur naar buiten. Waar hing die kleine snotaap nu toch weer uit! Nu hij al wat groter was moesten zijn ouders hem elke seconde in het oog houden. Hij was namelijk niet zoals de andere jongens uit de straat. Hij speelde niet met de autootjes in de living voor de teevee waar vader geboeid naar zat te kijken. Jonas was altijd op stap, buiten, niet alleen! Nee, Jonas ging wandelen met zijn knuffel, hij legde die zorgvuldig in de poppenwagen die hij van zijn zus had gestolen en achteraan tussen het gereedschap in de garage had verstopt. Zo vertrok hij dus op uitstap met zijn knuffel, frisse lucht was namelijk heel goed voor dat lieve pluche konijn dat hij overal mee naar toe zeulde. En frisse lucht kreeg dat arme dier genoeg, dag in dag uit werd het in de poppenwagen gelegd en heel het dorp rondgereden. Af en toe gingen ze zelfs nog wat verder, dan werd de poppenwagen omgeruild voor het gevlochten rieten mandje dat vooraan op zijn rode driewieler, die hij had gekregen voor zijn verjaardag, was bevestigt door papa. Samen reden ze dan uren aan een stuk en kreeg konijn bij elke plaats waar ze stopten een deskundige uitleg van de meestergids himself.
"Ah Jonas, daar ben je, kom het is tijd om te eten! Waarom ben jij toch altijd op stap met die pop van jou? Jou vriendjes hebben vandaag al drie keer gevraagd of je met hun autootjes kwam spelen!" Maar daar had Jonas helemaal geen zin in. Zo snel hij kon slikte hij na drie keer kauwen, in plaats van de volgens één van Monique haar boekjes aanbevolen 50 keer, het grote stuk aardappel dat op zijn bord lag door, sprong terug met konijn op de fiets en was weer op weg om de mooiste plekjes in Wuustwezel voor de tweeëndertigste keer te gaan bekijken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten